Bijna een jaar geleden overleed mijn vader en belandden mijn moeder, mijn zus en ik in de wereld van de crematie. Los van de emotionele achtbaan waar je dan in zit, is het ook wel fascinerend om met vragen te worden geconfronteerd waar je nooit eerder over had nagedacht. Over het hoe en wat van cremeren. Dat we kozen voor een crematie was meteen duidelijk, daar hadden we het met hem al over gehad. Geen van drieën zagen we onszelf een graf bezoeken. Bovendien vind ik het een mooi idee om de stofjas die de overledene niet meer nodig zal hebben, op te ruimen.

Asbestemming

Later in de rouwweek kwam de vraag wat we met de as wilden. Ja, wat wil ik met de as? Ik wilde er eigenlijk niets mee. Dat vind ik het mooie van cremeren, dat het dan klaar is. Ik wil het niet in een urn op de schoorsteenmantel, ik zet liever een foto met een kaarsje neer. De as verwerken in een sieraad, wat tegenwoordig in het aswezen veel gedaan wordt, is ook niets voor mij. In de folders en op diverse websites ging ik op zoek naar de optie ‘niets doen met de as’. Maar helaas, dat bleek niet mogelijk.

Niets doen

De website uitvaart.nl zegt: “In grote lijnen moeten nabestaanden de keuze maken om de as te verstrooien of deze te bewaren.” Niets doen kost geld, want dan bewaart het crematorium de as tegen betaling. De enige optie die bij ons crematorium helemaal niets kostte, bleek te zijn: “Asverstrooiing op zee, per schip zonder familie”. Los van het feit dat we best iets wilden betalen, leek ons dat ook een onprettig idee.

Stoffelijk overschot

Ik had ooit ergens gehoord dat het grootste deel van de as van de kist afkomstig is, maar dat bleek niet te kloppen. “De as van een volwassen persoon weegt ongeveer 2,5 – 3 kg (inclusief kist) … Na verbranding van een lichaam blijft er 3 tot 6% als crematierest over. Dit zijn hoofdzakelijk niet-oxideerbare elementen, de zogenaamde minerale delen van een lichaam.” (Wikipedia). Dat is dus nogal wat stoffelijk overschot wat je overhoudt.

Asbus

Uiteindelijk kozen we voor het ophalen van de as in een asbus. Dat bleek een soort korte en brede posterkoker in een mooi cadeautasje te zijn. De dame van de urnenwinkel zei dat het juist niet zo is dat het met cremeren klaar is. Je moet altijd de as op komen halen, of je betaalt voor het bewaren van de as. Na een begrafenis kun je de begraafplaats verlaten en er nooit meer terugkomen. Dat leek mij een vreselijk idee, dat er een graf is dat je nooit meer bezoekt. Volgens de dame gebeurt dat vaker dan ik dacht.

Soort graf

We hebben de as begraven in de tuin van mijn tantes vakantiehuisje, waar mijn vader heel vaak en graag in zijn eentje naartoe ging. Daarop hebben we een struik geplant. Nu hebben we dus toch een soort graf, maar dan anders.

 

Als iets mij speciaal opvalt, schrijf ik er een blog over. Schrijven is wat ik het liefst doe. Ik probeer bij elke opdracht de juiste toon te treffen. Vaak krijg ik terug dat een Levensverhaal echt klinkt als de persoon over wie het gaat.

Hanneke Kiel-de Raadt

Ik ben schrijver, interviewer en verhalen-op-papier-zetter. Na een studie Nederlands in Groningen heb ik verschillende functies vervuld, totdat ik uitkwam bij wat ik het liefste doe: Persoonlijke verhalen van mensen optekenen. Inmiddels heb ik al meer dan 40 boeken en magazines voor particulieren en bedrijven mogen publiceren.

Herinneringen kunnen ingrijpend, meeslepend of intiem zijn, maar ze zijn hoe dan ook onvergetelijk. Door je verhaal op papier vast te leggen, heb je zelf in de hand hoe je als persoon herinnerd wil worden. Ook in een zakelijke omgeving zijn verhalen het perfecte middel om je relaties te bereiken en te boeien.